‘Lekker wandelen op één van de heetste dagen van het jaar. De temperatuur liep op tot ver in de dertig graden, maar wij gingen op pad, langs sporen van een inclusieve geschiedenis: de slavernij, de vrouwen, de homo’s. Rijke witte mannen dringen zich vanzelf op in de stadsgeschiedenis. De andere kant is vaak moeilijker zichtbaar te krijgen, zoals de geschiedenis van tot slaaf gemaakte mensen en hun nazaten.
Het Goethe Instituut zelf werd in 1900 eigendom van de schatrijke zakenman Peter Wilhelm Janssen (1821-1903), die samen met Jacob Nienhuys in 1869 de oprichter was van de Deli Maatschappij. Die mensen uit de kolonie Nederlands-Indië die op de Deli Maatschappij werkten, waren niet letterlijk slaaf maar hun werk- en leefomstandigheden waren notoir slecht. De planter was directeur, politieagent én rechter op de plantage tabaksonderneming en was volgens de koelie-ordonnantie van 1880 gerechtigd om lijfstraffen uit te delen voor ‘luiheid, belediging of weglopen.’ Deze wet leidde tot onmenselijke behandeling en werd pas 1941 afgeschaft..
De beelden op het Stadsarchief, de vroegere koloniale Nederlandse Handelsmaatschappij, hoek Vijzelstraat herinneren ook aan de VOC-tijd. Even verder op de Vijzelstraat is Atria, Kennisinstituut voor Emancipatie en Vrouwengeschiedenis, waar we kennismaakten met een van de oprichtsters, Rosa Manus (1881-1942) die gearresteerd werd door de nazi’s in 1941 vanwege haar activiteiten voor vrede en feminisme, en vanuit Ravensbrück als joodse vrouw is vermoord.
We liepen verder over de schaduwzijde van de Herengracht, langs het huis van de burgermeester waar een slavenhandelaar van de West Indische Compagnie heeft gewoond. Een plaquette herinnert daar aan, en aan het feit dat slavernij een misdaad tegen de menselijkheid is.
Twee bustes van zwarte mensen aan Herengracht 514 herinneren aan de Sociëteit van Berbice en aan een van de vroege slavenopstanden in 1763.
Eenmaal aangekomen in de tuin van de Hermitage, werden we heerlijk natgespoten door jonge kinderen die met een tuinslang aan het spelen waren. Een fris einde van de wandeling.’
Dineke Stam, historica, onderzoeker, publicist en tentoonstellingsmaker